NEDERLAND -Aankoopfraude, stalking en identiteitsfraude. In 2018 waren ruim 1,2 miljoen mensen slachtoffer van deze en andere vormen van digitale criminaliteit. Dat blijkt uit een grootschalig onderzoek naar digitale veiligheid en criminaliteit van het Centraal Bureau voor de Statistiek.

De politie werkte actief mee aan het onderzoek onder 38.000 personen. ‘Voor een goede aanpak van digitale criminaliteit is een nauwkeurig beeld van wat er in de buitenwereld speelt onmisbaar’, zegt Theo van der Plas, programmadirecteur Digitalisering en Cybercrime. ‘Daarbij gaat het niet alleen om het totaalbeeld aan incidenten, maar ook om de impact op slachtoffers en inzicht in het aangifte- en meldgedrag. Het helpt ons om te bepalen of we onze aandacht op de juiste dingen richten.’

Lees hier meer over de uitkomsten van het CBS-onderzoek

Betere informatiepositie

‘Dit werkveld is relatief nieuw en ontwikkelt zich continu’, vertelt Van der Plas. ‘De inzichten die dit onderzoek oplevert, zijn een waardevolle aanvulling op onze informatiepositie. Die is voor een belangrijk deel gebaseerd op de aangiftes die worden gedaan. En dat doet lang niet iedereen, blijkt ook uit dit onderzoek. Het onderstreept dat we ons dus moeten blijven richten op het verlagen van de drempel en het verruimen van de mogelijkheden om aangifte te doen’, vervolgt hij. ‘Dat doen we bijvoorbeeld door internetaangifte voor veelvoorkomende vormen van digitale criminaliteit mogelijk te maken. Daar wordt nu hard aan gewerkt.’

Meer dan opsporen alleen

Het is voor het eerst dat het complexe thema van slachtofferschap van digitale criminaliteit onder burgers in brede zin is onderzocht. Zo is er ook gekeken naar de kennis van internetgebruikers op het gebied van hun digitale veiligheid en de maatregelen die zij zelf kunnen treffen. Ook op dat gebied valt er nog wel wat te winnen. ‘De aanpak van digitale criminaliteit gaat verder dan opsporen alleen’, legt Theo van der Plas uit. ‘Andere interventies – zoals het verstoren van de criminele praktijken of preventie – zijn soms minstens zo effectief. Informatie over de omvang van fenomenen of de werkwijze van criminelen is nodig om maatregelen te kunnen nemen of anderen – zoals de internetgebruiker zelf – daartoe in staat te stellen. Een goed voorbeeld is de samenwerking met Marktplaats en de banken, in de strijd tegen phishing. Met elkaar moeten we het ook online veilig houden.’