PURMEREND/AMSTERDAM - Afgelopen dinsdag 16 november is een 21-jarige man in zijn woning in Purmerend aangehouden op verdenking van opruiing dan wel het faciliteren daarvan. Ook wordt hij verdacht van wapenbezit. Zijn woning is doorzocht en de politie heeft enkele digitale gegevensdragers en een ploertendoder in beslag genomen.

De man wordt ervan verdacht als videoproducer en cameraman betrokken te zijn geweest bij het maken en online verspreiden van diverse opruiende drillrapclips. Naar het standpunt van het OM wordt daarin niet alleen geweld verheerlijkt maar wordt ook aangezet tot geweld. Het OM vindt dat de grens van artistieke vrijheid en vrijheid van meningsuiting daarmee wordt overschreden.

YouTube-account
Op het YouTube-account van de verdachte zijn tientallen video’s gepubliceerd, waarin naar het standpunt van politie en OM tegenstanders – bijvoorbeeld leden van rivaliserende groepen - uitgedaagd worden tot een tegenreactie. Op de beelden zijn veel messen en (vuur)wapens te zien. Het merendeel van de personen in de video’s draagt bivakmutsen, maskers en andere gezichtsbedekkende kleding. In de teksten wordt gedreigd geweld te gebruiken, bijvoorbeeld: ‘Ik wil geen punten, ik wil een moord’. Deze gewelddadige rapteksten kunnen naar het standpunt van het OM iemand aanzetten tot geweld, en dat is strafbaar. Daarnaast ziet het OM dat er in bepaalde opruiende video’s soms wordt verwezen naar ernstige steekincidenten die recent in Nederland hebben plaatsgevonden. Politie en OM willen dat er een grens wordt gesteld aan het posten van video’s met een opruiend karakter die geweld en wapenbezit verheerlijken. Daarbij is het belangrijk niet alle drillrapclips over één kam te scheren en een duidelijk onderscheid te maken tussen uitingen die wèl en uitingen die geen oproep doen tot het plegen van strafbare feiten.

Drill op zichzelf niet strafbaar
Drill is op zichzelf niet strafbaar en artistieke vrijheid is een groot goed. Die vrijheid is echter niet onbeperkt. Het OM en de politie willen drill niet criminaliseren – talent voor muziek moet worden gestimuleerd – maar tegen strafbare feiten moet worden opgetreden. Vorige week nog veroordeelde de Amsterdamse rechtbank twee mannen voor opruiing en wapenbezit tot een taakstraf van 100 uur omdat ze met nepvuurwapens zwaaiden en opruiende teksten rapten in een drillrapvideo.

Maar het gaat niet alleen om degenen die een rol hebben in een drillrapvideo. Ook de makers van drillrapvideo’s – zoals videoproducers en cameramensen – én de sociale media platforms waar de video’s worden gepubliceerd, hebben een verantwoordelijkheid om het plegen van strafbare feiten tegen te gaan. Videoproducers kunnen hun invloed laten gelden en sociale media platforms kunnen vaker dan nu gebeurt besluiten een bepaalde video van hun platform te verwijderen als die niet voldoet aan hun eigen richtlijnen of de grenzen die de wet stelt. De politie Amsterdam is recentelijk een samenwerking aangegaan met het Mediacollege - een vakschool voor Media, Vormgeving en ICT - rondom de ethische en sociaal-maatschappelijke verantwoordelijkheid die deze studenten later zullen gaan krijgen. Mogelijk dat bewustwording helpt om strafbare feiten in de toekomst te voorkomen.

De verdachte is inmiddels op last van de officier van justitie heengezonden. Hij blijft echter wel verdachte en het politieonderzoek gaat voort. Zo zullen onder meer de in beslag genomen gegevensdragers worden uitgelezen. Zodra het dossier is ingestuurd naar het OM zal de officier van justitie het bestuderen en vervolgens beslissen of de verdachte zal worden gedagvaard.