PURMEREND - Net als in de andere gemeenten binnen de Metropoolregio Amsterdam (MRA), merken we ook in Purmerend dat er grote druk is op de woningmarkt en dat deze druk nog altijd toeneemt. Uit het tweejaarlijkse onderzoek Wonen in de Metropoolregio Amsterdam (WiMRA) blijkt dat het voor mensen met een laag of middeninkomen moeilijker is geworden om een huis te vinden. Dit onderzoek is afgenomen onder ongeveer 53.000 inwoners van 31 gemeenten in de MRA, waaronder Purmerend. Zij beantwoordden vragen over hun woonsituatie, -wensen en -lasten.


In de gemeente Purmerend zijn de afgelopen jaren ontzettend veel woningen gebouwd en wordt nog steeds volop gebouwd. Tussen 2017 en 2021 is de woningvoorraad in Purmerend en Beemster netto met ruim 2.600 woningen toegenomen. Sinds 2018 hanteert het gemeentebestuur het beleid 30-30-40, wat betekent dat minstens 30% van alle nieuwbouwwoningen sociale huur moet zijn, nog eens 30% middeldure huur of betaalbare koop en 40% vrij in te vullen. Hierdoor groeit het woningaanbod in Purmerend in alle segmenten. Zo hoopt de gemeente het voor inwoners ook aantrekkelijker en makkelijker te maken om door te stromen naar een andere, passende woning. Denk bijvoorbeeld aan een jong gezin dat naar een eengezinswoning verhuist doordat een ouder stel een passend gelijkvloers appartement kan kopen of huren.

‘Landelijk probleem’

Ondanks alle nieuwgebouwde woningen in Purmerend is in de hele MRA dit jaar voor het eerst het aandeel betaalbare koop- en huurwoningen in de totale voorraad kleiner dan de groep lage en middeninkomens die op deze woningen zijn aangewezen. Dat betekent dat de kansen voor mensen met lage en middeninkomens op een woning in de sociale huur, middeldure huur of betaalbare koop in de regio kleiner zijn geworden. Wethouder Thijs Kroese: ‘De woningnood is een landelijk probleem dat we als gemeente Purmerend niet alleen kunnen oplossen, en ook niet binnen de MRA. Hiervoor is hulp vanuit het Rijk noodzakelijk. Natuurlijk blijven we in Purmerend bouwen in alle categorieën en zorgen we ervoor dat er steeds meer woningen bijkomen in de sociale en middeldure sector, waar de druk het hoogst is.’

Meer particuliere huurwoningen

Opvallend aan het onderzoek is verder dat de particuliere vrije huursector blijft groeien. 12% van de woningen in de MRA zijn vrije sectorhuurwoningen die in particulier bezit zijn – in 2019 was dat nog 11%, in 2017 8%. Hoewel de particuliere vrije sectorhuur nog steeds een relatief klein deel van de voorraad is, is het een fors en groeiend deel van wat er op de markt vrij komt en waar woningzoekenden op zijn aangewezen. Starters – die vaak (nog) niet kunnen kopen en (nog) niet in aanmerking komen voor een sociale huurwoning – zijn aangewezen op dit huuraanbod.

Onderzoek

Alle resultaten uit het onderzoek zijn te lezen op www.metropoolregioamsterdam.nl/wimra. Het WiMRA-onderzoek is uitgevoerd door OIS Amsterdam in opdracht van de Metropoolregio Amsterdam en de woningcorporaties in de MRA (vertegenwoordigd door het Platform Woningcorporaties Noordvleugel Randstad).